Daar hoorde ik hem weer: ‘Tja. Mannen zijn toch jagers, he.” Ik dacht dat het in de jaren tweeduizend twintig zo langzamerhand not done was om hier nog mee te komen. Kennelijk niet. Ik zit op een terras in mijn zwarte oerjurk, als de jager ongevraagd aanschuift.

Een morsig type is de jager, die mijn relaas hieronder nauwelijks vat. Ik heb het hem twee keer uit moeten leggen. Eerst heb ik hem ook verteld dat mannen zichzelf altijd uitroepen tot jager. Je hoort nooit een vrouw zeggen: “Mijn man is zo’n enige jager!”

Ook vraag ik hem waar die term dan vandaan komt, ‘jager’. Weet hij niet. Ik leg hem uit, dat de bronnen inderdaad niet helemaal duidelijk zijn, maar dat het waarschijnlijk gebaseerd is op een psycho-evolutionistische theorie, waarbij mannen in de holbewonertijd jagers waren en vrouwen verzamelaars. De mannen stelden dus hun leven in een waagschaal om een mammoet te vangen voor vrouw en kinderen. En het bloed kruipt waar het niet gaan kan, dat doen ze nog steeds. Daar komt het begrip ‘jager’ ongeveer vandaan, leg ik uit.

Omdat hij met open mond alleen maar ‘huhuhu’ doet, hervat ik mijn uiteenzetting. ‘Zoals jij het waarschijnlijk bedoelt, is dat jij als man jaagt, en dat vrouwen jouw prooien zijn.” Ik zie hem even opleven. Ja, jager, vrouwen, prooien, dat! Het is natuurlijk onzin, oreer ik verder. Biologen zouden dat in ieder geval wel vinden. Diersoorten jagen doorgaans niet op elkaar. Ja, de zwarte weduwespin doodt het mannetje na de seks en bij sommige haaiensoorten is de seks zo wild, dat de vrouwtjes het niet altijd overleven. Maar we hebben als mensensoort weinig verwantschap met vissen en insecten, bovendien gaat het hier niet om jagen. Een tijger die op een tijger jaagt, een gier die op een gier jaagt, dat zie je niet. Een prooi is altijd van een andere soort. Een mannetjesmens dat op een ander mens jaagt, is biologisch gezien dus gestoord. Of misschien begrijp ik het verkeerd, is hij jachtopziener in Amelisweert? Nee, hij is beveiliger bij C&A, zegt de jager.

Mochten mannen dit stukje lezen (30%, volgens google analytics), echt niet doen,  jezelf en je soort ‘jager’ noemen.  Als je zegt dat je jager bent, zeg je eigenlijk dat je niet spoort. Dat je een ‘vieze vuile jager’ bent, iemand waarbij je uit de buurt moet blijven, een psycho. Tenzij je bedoelt dat je voor ons verzamelaars ten strijde trekt om een gevaarlijke dinosauriër te vangen, dat vinden we dan wel weer lief. Dan mag je van mij een oerjager zijn, want ik ben ook een oerverzamelaar, tel mijn jurken maar eens na. In deze zwarte jurk – een oerjurk die je over honderd jaar nog aan kan, zal ik op je wachten bij het vuur.

fotografie: Saskia Geurds

fotografie: Saskia Geurds

info: jurk, Marc Cain, riem, markt, laarsjes, Sacha

 

 

tips:

wat is een oerjurk? 

Een jurk die je te allen tijde op alle leeftijden aankunt, en je dochter en kleindochter ook.

  • Het materiaal moet dus goed zijn, hij moet generaties overleven.
  • Lengte kan niet heel kort zijn, korte jurken zijn dan weer eens in en dan weer eens uit, bovendien kun je korte jurken op een gegeven moment niet meer aan. Liefst middel lang (maxi kan ook)
  • Kleur: zwart, bruin of grijs zijn oer. ‘Saai’, kun je daar tegenin brengen, maar in ieder geval wel van alle tijden. Rood en zwart is trouwens de meest heftige kleurcombinatie, blijkt uit onderzoek.

 

levensles

Alles stroomt.

 

Partners

Vinted

Instagram