Tweede reisjurk

door | 26 juli 2016 | jurken, lange jurk | 2 reacties

En zo loop je in je goeie goed met je koffer in alle vroegte langs de singel in Utrecht, op weg naar Frankrijk. Het rijp ligt nog op de groen, alles is stil. Alleen het geruis van de bomen hoor je, en het getjilp van de vogels. De plezierbootjes liggen met gesloten luiken doodstil in de gracht. Je vraagt je in stilte af waarom je die palen aan hebt getrokken, terwijl je best veel zult moeten lopen vandaag. Oja, omdat je in stijl Frankrijk in dient te gaan, vond je vanochtend. Op naar het station. In je reisjurk.

Help! De trein vertrekt eerder, in verband met werkzaamheden! Had je natuurlijk moeten checken, maar dat heb je nagelaten, zodat er een regelrechte ramp in het verschiet ligt. Mis je deze trein, dan ook de aansluiting naar Parijs en in Parijs de trein naar Vichy. Het dominoëffect zal onmiddellijk intreden en kunst- en vliegwerk (liften langs de snelweg, taxi met steekpenningen aansporen de trein in te halen, etc) zal je niet  redden óf het zal  je een fortuin kosten. Zo ren je op je Frankrijkproof hakken paniekerend met je wapperende jurk over het totaal verlaten station, je koffer hopsend meezeulend. Ik heb een mooie, bruine vifties reistas. Eerst de schoonheid dan het praktisch nut is altijd mijn devies en dat wordt me nu bijna fataal. Je springt nog net op tijd (tíjdens het fluitje, oooh!) in de lege trein naar Rotterdam. Mooi, bedenk je nahijgend, de reisstemming zit erin.

In Parijs is het even puzzelen. De sluiproute naar de metro is afgesloten door gevaarlijk ogende politieagenten met volautomatische machinegeweren. Ga daar maar eens tegen in. Dat is nog eens andere koek dan de gele hesjes in Utrecht  (zie https://www.jurkenvanmaria.nl/jurk-van-ongehoorzaamheid)  . Ik moet naar station Paris Bercy, eerst met de RER (een speedmetro die dieper in de grond ligt dan de normale metro), daarna met de gewone metro en tenslotte nog een stukje lopen door Parijs. En dat binnen een korte tijd. Alles gaat goed. Een uur of vier later stopt de trein in Vichy. Bestemming bijna bereikt. Maar de reis is pas afgelopen als je wijdbeens op je bed kunt vallen, dat is de regel.

Het is warm in Vichy. Ik haal een plattegrond bij de balie van het stationnetje en zoek uit hoe ik lopen moet. Daar ga je weer, met je hakken, koffer tillend naar je voorlopige verblijfplaats. Stijlvol lopen met een zware koffer is een vak apart, constateer ik. Dat moeten ze eens oefenen bij Hollands Next Top Model. ‘Loop met een loodzware koffer met veel te veel jurken, vier paar schoenen en een X aantal boeken plus een veel te zware laptop van Dell, op palen van tien centimeter op de kinderkopjes van Vichy.’

Tegen de tijd dat het water me tot de lippen stijgt en ik mezelf echt verwens om mijn ijdelheid en veel te veel bagage, heb ik de bestemming bereikt. Het studiootje is in een smalle steeg pal tegenover een kerk. De zon schijnt fel en de kerkklokken beieren. Wat een aankomst! Ik slaak een zucht van verlichting. Eind goed al goed, de reis is voltooid, het is volbracht. Bijna.

Maar het venijn zit ’em in de staart. De deur naar de studio is namelijk hermetisch dicht. Een roestig gesloten hek voor de dichte deur. Dat ziet er niet uit alsof hier recentelijk nog iemand geweest is. Boven hoor ik vanuit het raam vaag wat stemmen. Ik roep naar boven, maar krijg geen reactie. Toch maar eens in mijn documenten kijken of ergens een nummer staat. Men had mij in Nederland verzekerd dat er al-tijd iemand zat. Ja, in de geest zeker, op zijn Frans. Het is hier uitgestorven. Ik bel en vertel dat ik sta te wachten. “Oh lala, pardonons nous, dix minutes.” Dat klinkt hoopvol, ‘tien minuten’. Maar pas op voor de Fransen, ze zijn van het Mediterrane slag. Tien minuten moet je mogelijk overdrachtelijk zien. Als: ‘we willen graag in tien minuten bij u zijn’, of iets dergelijks. Het is meer een intentie dan realiteit. Daar ben ik toch te Hollands voor. Tien minuten is tien minuten dus als er na twintig minuten nog niemand is, ga ik weer bellen. Ik wil namelijk naar binnen. Koffer dumpen. Jurken ophangen. Wijdbeens op bed ploffen. Nog even de kraaknieuwe stad in.

Na een half uur bel ik opnieuw. Ik ben inmiddels boos, want ik heb een half uur de tijd gehad om me op te winden. Tieren gaat me goed af in het Frans, merk ik. Vijf minuten later komt er een chagrijnig meisje aangesloft dat me zwijgend binnen laat.

Mijn rug is aan gort als ik de reistas vier krakende trappen omhoog heb gezeuld. Mijn voeten blauw en vervaarlijk opgezwollen. Mijn knieën moeten een nieuwe miniscus. Maar ik ben er. Intens gelukkig hang ik mijn jurken op. Ik val op mijn bed.

Die avond eet ik aan de rivier een crêpe. Voldaan. Daarom moet je reizen. Als je reist, voel je dat je leeft. Veni, vidi, Vichy.

Info: jurk, Ted Baker, fotografie, Erik Meijers

p.s.: Like ons op facebook!

link: Derde reisjurk 

link: Eerste reisjurk

levensles

Alles stroomt.

 

Partners

Vinted

Instagram